"Hieruit blijkt naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet duidelijk en ondubbelzinnig dat RWS een maximum budget voor de Opdracht hanteert en dat aanzienlijke overschrijding van maximum budget leidt tot uitsluiting deelname aan de aanbesteding."

Tenslotte wijzen wij u nog graag op een recente uitspraak van de Rechtbank Den Haag.

In een aanbesteding die werd georganiseerd door RWS, waarbij het gunningscriterium de beste prijs-kwaliteit verhouding was en waarop het ARW van toepassing was, is een inschrijver uitgesloten omdat de inschrijvingssom onaanvaardbaar hoog zou zijn. Onterecht, volgens de inschrijver. En de Rechtbank Den Haag volgt de inschrijver hierin.

In de aanbestedingsdocumenten was weliswaar vermeld dat de in de Inschrijvingsstaat op te nemen bedragen realistisch dienden te zijn en in een redelijke verhouding dienden te staan tot de aard en de omvang van de te verrichten werkzaamheden, maar hieruit blijkt naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet duidelijk en ondubbelzinnig dat RWS een maximum budget voor de Opdracht hanteert en dat aanzienlijke overschrijding van dat maximum budget leidt tot uitsluiting van deelname aan de aanbesteding.

Ook overweegt de rechter dat uitdrukkelijk is vermeld dat de fictieve inschrijvingssom wordt berekend door de inschrijvingssom (de prijs) te verminderen met de kwaliteitsscore op de aspecten kennisborging en kwaliteitsborging. Bij deze werkwijze past niet dat RWS de inschrijving uitsluitend mocht beoordelen op de aangeboden prijs. De Voorzieningenrechter oordeelt daarom dat de inschrijving ten onrechte is uitgesloten.

Hoe had RWS dan moeten handelen? Ook dat wordt duidelijk uit de uitspraak: de inschrijving had als geldig moeten worden aangemerkt. Als deze inschrijver de inschrijving met de beste prijs kwaliteit verhouding zou blijken te hebben gedaan, zou RWS aan deze inschrijver moeten gunnen. En als RWS de inschrijving onaanvaardbaar hoog vindt, zou RWS gelet op het bepaalde in artikel 2.36.4 ARW 2016, de procedure moeten vervolgen met de mededingingsprocedure met onderhandeling of de procedure van de concurrentiegerichte dialoog.

Overigens bevat de Aanbestedingswet (in artikel 2.30 jo 2.28) een vergelijkbare regeling als artikel 2.36.4 ARW, zodat het bovenstaande kader ook geldt bij Europese aanbestedingen waarop het ARW niet van toepassing is.

Een aanbestedende dienst kan dus niet zomaar een inschrijver uitsluiten wegens een te hoge prijs, tenzij uitdrukkelijk een maximumbudget is opgenomen in de aanbestedingsdocumenten en overschrijding van het maximumbudget is gesanctioneerd met uitsluiting.

< Naar overzicht