Er is weer nieuws over de inbreukprocedure van de Europese Commissie tegen Nederland in verband met de aanbestedingsplicht van woningcorporaties.
De Europese Commissie heeft een “met redenen omkleed advies” uitgebracht.
Daarmee is een aanbestedingsplicht voor woningcorporaties weer een stap dichterbij.
Hoe zat het ook alweer?
Op 7 december 2017 is de Europese Commissie een inbreukprocedure gestart tegen Nederland. De Europese Commissie kan een dergelijke procedure starten als een lidstaat de uit de EU-voorschriften voortvloeiende verplichtingen niet nakomt.
De Europese Commissie heeft Nederland in gebreke gesteld, omdat Nederland volgens haar inbreuk maakt op het transparantiebeginsel uit de aanbestedingsrichtlijnen 2014/23 (concessies) en 2014/24 (klassieke sectoren) door woningcorporaties, die worden betrokken in publieke contracten, niet als aanbestedende dienst aan te wijzen.
Nederland is het hier niet mee eens en heeft dit ook aan de Europese Commissie laten weten. Discussiepunt is met name de vraag in hoeverre de Nederlandse overheid actief toezicht uitoefent op het beheer van de woningcorporaties en het plaatsen van overheidsopdrachten kan beïnvloeden. Volgens Nederland is geen sprake van toezicht door de overheid als bedoeld in artikel 1.1 Aanbestedingswet en artikel 2 van Richtlijn 2014/24/EU. Met de door de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting, die op 1 juli 2015 in werking is getreden, is het overheidstoezicht op Nederlandse woningcorporaties echter versterkt.
Op 24 januari 2019 heeft de Europese Commissie een aanvullende aanmaningsbrief gestuurd aan Nederland. Daarbij is om verduidelijking gevraagd van de openstaande juridische aspecten. Nederland heeft hier weer op gereageerd. Vervolgens bleef het lange tijd stil.
Op 9 juni jl. heeft de Europese Commissie besloten om een “met redenen omkleed advies” uit te brengen. Nederland heeft nu 2 maanden de tijd om stappen te ondernemen om aan de voorschriften te voldoen. Als dit niet gebeurt kan de Europese Commissie de zaak voorleggen aan het Hof van Justitie.
Gevolgen
Wij verwachten dat Nederland bij het standpunt blijft dat Nederlandse woningcorporaties niet aanbestedingsplichtig zijn. Of dit standhoudt wanneer de zaak wordt voorgelegd aan het Hof van Justitie is echter maar de vraag.
Hoe dan ook, het ziet er nu toch echt naar uit dat de Europese Commissie zich niet door de Nederlandse Staat heeft laten overtuigen. Een aanbestedingsplicht voor woningcorporaties is naar het oordeel van de Europese Commissie het uitgangspunt. En voor de goede orde: het is dan niet de vraag of woningcorporaties aanbestedingsplichtig worden, maar of zij het altijd zijn geweest!
Gelet hierop is het de vraag waar aanbestedende diensten nu goed aan doen. Mocht uiteindelijk blijken dat woningcorporaties toch aanbestedingsplichtig zijn, en opdrachten zijn ten onrechte niet Europees aanbesteed, dan kunnen reeds gesloten overeenkomsten onder omstandigheden worden vernietigd.
Woningcorporaties die geen risico willen lopen kunnen ervoor kiezen om bij opdrachten die de drempel overstijgen zekerheidshalve een Europese aanbestedingsprocedure te doorlopen. Voor woningcorporaties die niet zo ver willen gaan is het in elk geval aan te raden om in de aanbestedingsdocumenten c.q. de offerte-uitvraag en/of contracten bepalingen op te nemen om op die manier de risico’s te beperken.