Je kent het wel: één van jouw medewerkers is niet alleen gedreven als werknemer, maar in het weekend ook als voetballer. Regelmatig keert hij ’s maandags terug op het werk met een blessure. Hij klaagt dan wel wat, maar kan z’n werk gewoon doen. Maar die laatste maandag kwam hij niet meer terug. Tijdens de wedstijd was hij namelijk met een ambulance van het veld afgevoerd naar het ziekenhuis, met de gevolgen van een zogenaamde “horrortackle”, waarvan niet alleen de trainer en zijn teamgenoten, maar ook diverse omstanders getuige waren. Een gecompliceerde enkelbreuk, gescheurde banden, een operatie nog diezelfde dag en negen maanden revalideren waren het trieste gevolg. Allemaal heel erg vervelend voor jouw medewerker, maar ook jij als werkgever was daardoor de pineut, want al die tijd moest je het loon doorbetalen, terwijl er geen enkele arbeidsprestatie tegenover stond. Daarnaast diende je ook nog eens flink wat
re-integratiekosten te maken. Waar kun je in zo’n geval als werkgever terecht met jouw schade?
Geluk bij een ongeluk
Toch had je als werkgever geluk bij dit ongeluk. Het letsel was namelijk niet het gevolg van een reglementaire tackle, maar van een onreglementaire horrortackle. Dientengevolge was de betreffende speler/dader aansprakelijk voor de schade en kon ook jij als werkgever het grootste deel van jouw (loon)schade op de speler/dader verhalen.
In sportsituaties minder snel aansprakelijkheid
Indien in een sportsituatie een blessure ontstaat door toedoen van een andere speler, is deze veel minder snel aansprakelijk voor het ongeval dan in de situatie dat dit buiten het veld of buiten de wedstrijd zou zijn geschied. Voor aansprakelijkheid en dus schadevergoeding door de tegenstander of medespeler is het namelijk noodzakelijk dat deze een onrechtmatige daad heeft gepleegd. Daarvan is in de sport alleen sprake als op grove wijze door de tegenstander of medespeler de spelregels zijn overtreden, er onverwacht en op dusdanige wijze gedrag is vertoond dat eigenlijk helemaal niet bij de betreffende sport- of spelsituatie hoort, er iets is voorgevallen dat in strijd is met de (tucht)regels of wanneer er opzettelijk grof of uiterst roekeloos is gehandeld.
De reden dat tijdens de sport minder snel een onrechtmatige daad wordt aangenomen en dus aansprakelijkheid wordt vastgesteld is dat de deelnemers aan een sport of spel in redelijkheid tot op zekere hoogte gevaarlijke, slecht gecoördineerde, verkeerd getimede en onvoldoende doordachte handelingen of gedragingen waartoe die sport of dat spel uitlokt, van elkaar moeten verwachten. Zo’n gedraging wordt niet onrechtmatig vanwege de enkele ongelukkige samenloop van omstandigheden met als gevolg dat er letsel ontstaat. Daarvoor moet er dus meer aan de hand zijn. Een blessure ten gevolge van een normale spelsituatie zal dus niet snel als onrechtmatig gekwalificeerd worden. Een onreglementaire en dus ontoelaatbare horrortackle wel, mits de dader daarbij disproportioneel heeft gehandeld, in die zin dat de tackle niet normaal was en ook redelijkerwijs niet behoefde te worden verwacht tijdens de spelsituatie.
Ook het opzettelijk slaan met een hockeystick, terwijl de wedstrijd stil ligt was volgens de rechter onrechtmatig en leidde tot aansprakelijkheid en de verplichting de schade te vergoeden.
Datzelfde was het geval toen tijdens een judoles de leraar een stopteken had gegeven, maar één judoka toch doorging met als gevolg een whiplash voor de andere judoka.
De Hoge Raad oordeelde dat na het stopcommando de deelnemers niet meer hoeven te verwachten nog tegen de grond gegooid te worden. Indien dit toch gebeurt, is er geen sprake van toestemming, hetgeen tot gevolg heeft dat de dader voor de schade aansprakelijk is.
Verhaal loonkosten
Evenals bij arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte dient de werkgever bij arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een sportblessure het loon aan de werknemer door te betalen. Dit voor een periode van (in beginsel maximaal) twee jaar. Hoewel er maatschappelijk wel discussie wordt gevoerd over de vraag of het wel redelijk is om de werkgever voor het financiële risico (de loonbetaling in geval van een sportblessure) van door zijn werknemers uitgeoefende risicovolle sporten, zoals bergbeklimmen, racen, skiën et cetera te laten opdraaien, is de rechtspraak op dat punt duidelijk. Met het beoefenen van een risicovolle sport heeft de werknemer, evenals met het ongezond leven, zoals roken, ongezond eten et cetera, niet de opzet om ziek te worden en dus behoudt hij het recht op loon als hij dientengevolge arbeidsongeschikt uitvalt.
Onrechtmatig handelen
Een uitzondering geldt echter voor de loonschade die het gevolg is van onrechtmatig handelen door een derde. In dat geval geeft de wet in artikel 107a boek 6 Burgerlijk Wetboek aan de werkgever het zelfstandig recht om het doorbetaalde loon op de aansprakelijke derde te verhalen. Het gaat hierbij om het betaalde nettoloon. Daarnaast heeft de werkgever het recht om alle redelijke kosten van de re-integratiemaatregelen op de aansprakelijke partij te verhalen.
Als het sportongeval al enige tijd geleden heeft plaatsgevonden, hoeft dat voor u als werkgever niet problematisch te zijn. U hebt namelijk vijf jaar de tijd om een dergelijke loonregresprocedure te starten.
Zo kan een horrortackle toch nog een geluk bij een ongeluk blijken te zijn.
Indien u meer wilt weten over dit onderwerp, neem dan gerust contact op met mij, lid Team Sportrecht.